Skip to main content

Motorbootgebruik

Instructiecommissie en Materiaalcommissie

Motorbootgebruik

Lees deze instructies goed door, om schade voor jezelf, anderen en het materiaal te voorkomen.
Kraanbediening voor het te water laten van coachboten: Handelingen kunnen door één persoon worden uitgevoerd, maar met 2 is beter (bijsturen met touw vanaf vlot).
Voor het te water laten van coachboten met de kraan moet men bevoegd zijn om motorboten af te schrijven in het BRS.
Iemand zonder deze bevoegdheid mag de motorboot alleen besturen, als er iemand met een motorbootbevoegdheid aan boord is. In dat geval is de persoon met de bevoegdheid verantwoordelijk voor de veiligheid [1].

Voorbereiding

  • Sleutels ophalen.
  • Roldeur (van binnenuit) elektrisch openen (schakelaar rechts) en rijplaten in de ligging plaatsen, op juiste breedte.
  • Controleer of de benzinetank, peddel en reddings-ton in de boot aanwezig zijn.
  • Is de motor omhoog geklapt?
  • Zijn landvasten voor en achter gemonteerd aanwezig (recent vernieuwd)?
  • Koppel het hijs-juk aan de te hijsen boot.
  • Rijd de boot naar buiten, onder de kraan.
  • Controleer of de stop in de spiegel aanwezig is.
  • Sluit de loods.
     

Hijsen, zakken en te water laten

  • Controleer de kraan en zet deze aan met de daarvoor bestemde sleutel.
  • Breng de hijshaak naar buiten boven de boot.
  • Haak het juk aan de hijshaak.
  • Zet de hijsketting voorzichtig op spanning en controleer nogmaals het geheel.
  • Hijs de boot zover omhoog dat hij vrij blijft van de railing.
  • Duw met de hand (dmv koord) de boot naar buiten en laat de boot tijdens het zakken de stalen damwand niet raken. Eventueel een andere persoon op het vlot vragen de boot parallel aan het vlot te manoeuvreren.
  • Tijdens het zakken met de hand de takel meer of minder naar buiten verplaatsen.
  • Naar de boot lopen en deze vast leggen (haken worden nog gemonteerd).
  • Het hijs-juk losmaken.
  • Het juk kan worden opgehesen en worden neergelegd op het bordes onder de kraan.
  • Kraan afsluiten en de sleutel terughangen op de hiervoor bestemde plek!
  • Na gebruik de takel altijd in het “hondenhok” rijden.
     

Motorbootgebruik

Het motorbootje afschrijven op je eigen naam/bevoegdheid. De Roeivereniging Breda heeft drie boten en drie buitenboordmotoren. De buitenboordmotoren hebben de naam van het bijbehorende bootje op de kap staan. De boten liggen in de oude werkplaats en hebben alle drie een (verschillend) cijferslot. De sloten hebben 3 tot 6 schuifjes (hier niet openbaar zichtbaar). De bovenste schuif opent het slot, wanneer de schuifjes in de juiste stand staan (bij de 6 cijfer variant).

Bij uitvaren altijd:

  • Reddings-ton meenemen
  • Peddel meenemen
  • Reddingsvest aan (hangen genummerd aan haken bij de afschrijf-PC’s)
     

Inhoud Reddingston: (Afwijkingen melden in BRS).  Tonnen zijn verzegeld.

  • hoosvat
  • Toeter, met kaartje met geluidssignalen
  • Reddingslijn
  • 5 Thermische/isolatiedekens
  • EHBO-trommel
  • knipmes
  • zaklantaarn
  • werpanker met ankerlijn
     

Controle in het water:

  • Zit de motor goed vast in het  midden van de spiegel van de boot?
  • Is de motor geborgd/gezekerd met een touw aan de boot? Paalsteek of haak?
  • Zit er voldoende benzine in de tank?
  • Is de benzineslang correct aangesloten op de motor?
  • Is de ontluchting van de tank open?
  • Zolang de boot aan het vlot ligt: landvasten vast maken aan vlot (bevestigingspunten worden nog gemaakt).
     

Voor het starten van de motor:

De motor uitsluitend starten als de boot in het water is.
Als de motor op de wal gestart wordt, gaat de waterpomp direct stuk, reparatiekosten € 350,- voor pomp tot € 2.800,- voor vastgelopen motor.

Motor starten

  • De motor pas starten als het bootje aan de buitenkant van het vlot ligt, niet tussen vlot en wal. Daar liggen veel stenen onder water. Met peddel naar buiten manoeuvreren.
  • Motor omlaag geklapt?
  • Je knijpt rustig in de bal aan de tankslang tot de bal hard is.
  • Controleer of het rode koord aan de noodstopknop zit.
  • Trek de choke uit.
  • Zet het gas op de startstand.
  • Trek rustig aan het startkoord tot deze de motor meeneemt en trek dan hard door.
  • Als de motor loopt, de choke rustig induwen.( Als de motor na 4 x niet start, dan de choke dicht duwen, en controleren of de noodstop voorziening correct zit, en nog een paar keer proberen.)
  • Als de motor draait, controleren of er koelwater uit de koelwateruitlaat komt. Zo niet: onmiddellijk motor uitzetten!
     

Varen

  • Voor je wegvaart het rode koord om je pols doen!
  • Voor- en achteruitschakelen alleen met stationair draaiende motor.
  • Het bootje is uitsluitend bedoeld voor “roei-ondersteunende activiteiten”.
  • Op de Mark geldt in principe een maximum snelheid van 12 km/uur.
  • Je mag nooit harder dan 20 Km/uur, daarboven heb je een vaarbewijs nodig ( ter indicatie, een Heren acht op de Olympische spelen vaart ongeveer 20 km/uur.)
  • Let goed op andere ploegen op het water, neem op tijd gas terug om golfslag te beperken.
  • Ga bij voorkeur coachen in de richting Breda, omdat daar doorgaans minder ploegen heen gaan.
  • Blijf altijd minimaal 6 meter uit de kant, dit i.v.m. stenen/ondieptes aan de kant, waardoor schade aan de schroef kan ontstaan.
  • Motorboten niet gebruiken bij duisternis/nacht!
     

Benzine

Wanneer je een motorboot gebruikt, zorg er dan voor dat de volgende gebruiker zonder problemen kan vertrekken.

  • Zet de motorboot nooit terug met een bijna lege tank (ook in noodgevallen moet een boot altijd snel kunnen vertrekken). Als de tank grotendeels leeg is, vul deze dan bij. Dit mag alleen door de rode tankjes bij te vullen aan de benzinepomp.
  • Kies Euro 98 (E5). Dit is duurder, maar vervuilt de carburateur en bougies minder.
  • Let op: bijvullen vanuit jerrycans is niet meer toegestaan; dat gaf ook te veel vervuiling van de motor (waardoor deze vaak haperden)! Als je de tank(s) bijvult aan de benzinepomp, kun je de kosten declareren bij de penningmeester. Zoek een prijsgunstige pomp uit en zorg dat je een bonnetje hebt.
     

Olie

  • De BB motoren hebben een oliepeilstokje.
    Controleer dit olieniveau regelmatig.
     

Kraanbediening voor het uit het water halen van coachboten

Handelingen kunnen door één persoon worden uitgevoerd, maar een 2e persoon die met een touw vanaf het vlot de motorboot parallel houdt aan de damwand is beter.

Voor het uit het water halen van coachboten met de kraan moet men bevoegd zijn om motorboten af te schrijven in het BRS. 

Voorbereiding

  • Leg de boot vast onder de kraan.
  • Motor omhoog geklapt?
  • Sleutels ophalen.
  • Elektrische roldeur openen en rijplaten monteren, op de juiste breedte van de wielen van het onderstel.
     

Hijsen

  • Controleer de kraan en zet deze aan met de daarvoor bestemde sleutel.
  • Breng de hijshaak naar buiten, boven de boot.
  • Haak het juk aan de boot (of laat een helper onder bij het vlot dat doen). Landvasten losmaken!
  • Zet de hijsketting voorzichtig op spanning en controleert nogmaals het geheel.
  • Tijdens het omhoog halen met de hand de takel naar binnen verplaatsen.
  • De geleiding is er niet meer, dus let op dat de boot niet tegen de stalen damwand klapt, maar parallel aan het bordes blijft tijdens het hijsen. Met een touw kan iemand op het vlot dit begeleiden.
  • Hijs de boot zover omhoog dat hij over de damwand gaat.
  • Trek de boot naar binnen en laat deze zakken totdat hij goed opgesloten op de kar ligt.
  • Let op dat de kar achter de middelste bank van de boot staat.
  • Het hijsjuk losmaken (de sluiting aan het juk laten) en in de boot laten liggen.
  • Boot schoon en droog maken en eventueel de plug weer in de spiegel plaatsen.
  • Boot naar binnen brengen en vastleggen met ketting en slot.
  • Rijplaten binnen leggen.
  • Roldeur sluiten en loods ook afsluiten (zodra weer mogelijk).
  • Kraan afsluiten en de sleutel en reddingsvest terughangen op de hiervoor bestemde plek!
  • Na gebruik de takel altijd in het “hondenhok” rijden (ivm niet nat worden motor).
     

Wat nog wel eens mis gaat:

  • benzineslang verkeerdom gemonteerd.  Er staat een pijl op de bol.
  • benzineslang niet goed op de motor geklikt.
  • benzineslang niet goed op de tank vast.
  • ontluchting op de tank niet open.
  • buitenboordmotor niet geborgd met touw aan de boot.
  • motor starten terwijl deze niet in het water zit.opletten of er koelwater uit de motor komt.
  • trim onjuist.
  • niet eerst goed warm varen.
  • choke niet terug gedaan.
  • warm starten met de choke open.
  • te wild omschakelen vooruit/achteruit.
  • omslaan bij instappen.
  • bij twee mensen: de tweede persoon niet voorin (waardoor voor te hoog).
  • rode noodkoord niet om de pols.
  • ton met reddingsmateriaal niet meegenomen.
  • geen peddel meegenomen.
  • reddingsvesten op de bodem van de boot, bij de benzine. Dat mag nooit; dan gaan de vesten kapot.
  • sleutels niet terug gehangen, waardoor de volgende gebruikers eindeloos lopen te zoeken.
  • de motor ingeschakeld in de achteruit versnelling, na gebruik.
  • Op vlot geklapt met bootje op sleeptouw, waardoor gat in de boot.
  • tegen de kant gevaren, wanneer op de wal palen gezet moesten worden, waardoor gat in de boot.
  • over stenen gevaren, waardoor de schroef beschadigd.
  • bij het benzine vullen onzorgvuldig geweest, waardoor er vuil in de tank kwam.
  • Benzine uit vuile jerrycans (dit mag daarom dus niet meer).
  • Steeds een beetje vuil geeft na een half jaar een verstopte carburateur.

takelzaken:

  • Takel moet weer in het huisje, anders regent de motor nat
  • Hijsjuk heeft een voorkant en achterkant
  • Hijsoog weer vast zetten
  • Hijsjuk niet goed opgeruimd
  • Hijslijnen weer vast zetten
  • Bootjes niet met de kettingen op slot gedaan
  • Schuifdeuren niet op slot
  • Rood/witte paal niet omhoog gedaan (ook al gebruiken we deze deuren niet meer, het geeft extra diefstal beveiliging)
  • Latten niet bij de schuifdeuren
  • Aluminium rijplaten niet binnen gelegd
  • Motor starten tussen de bladeren die zich ophopen tussen de vlotten
  • Het dodemanskoord uit de knop getrokken.
  • Uitzetten doe je door op de rode knop te drukken

divider_breda_logo

Verkrijgen van een Motorbootbevoegdheid

Om een motorbootbevoegdheid te behalen, moet je:

  • De basisveiligheidsmaatregelen kennen.
  • De startprocedure van de motor begrijpen.
  • Nauwkeurig kunnen manoeuvreren.
  • De basisregels uit het Binnenvaartpolitiereglement kennen.
  • De boot op de goede manier te water kunnen laten en uit het water halen, met de kraan.
  • Benzinetanks kunnen loskoppelen, aansluiten en vullen.
  • Hinder voor roeiers weten te beperken.
  • Weten hoe je een landvast gebruikt.
  • Basisproblemen kunnen oplossen.
  • De materiaalcommissaris geeft, op advies van de betreffende mobo-instructeur(s), de bevoegdheid ter registratie BRS door.



[1] Wanneer iemand met een motorbootbevoegdheid een motorboot afschrijft voor iemand zonder bevoegdheid en zelf niet in de motorboot zit, wordt de motorbootbevoegdheid van de persoon die de motorboot heeft afgeschreven ingetrokken. Deze persoon moet dan opnieuw zijn of haar bevoegdheid halen. Dit klinkt misschien streng, maar het is noodzakelijk. Gelukkig zijn dit uitzonderingen.